Voordat ik verder ga is het handig om mijn relatie tot school te vertellen. Lesgeven op school is niet mijn roeping. Dat wist ik al toen ik op de middelbare school zat, heel lang geleden. De Nederlandse taal is wel een passie van me. Dus ik ben Nederlands gaan studeren. Er zijn twee redenen dat ik er mee stopte, vlak voor mijn kandidaatsexamen.
1. Ik had twee kinderen, en ik heb ze een tijdje tijdens mijn studie naar een kinderdagverblijf gedaan, maar ik vond dat niet prettig. Ik heb ze er weer afgehaald.
2. Ik was bang dat ik als ik eenmaal mijn kandidaats gehaald had, dat ik dan binnen de kortste keren voor de klas zou staan. Dus ik stopte ook daarom.
Jaren later, toen mijn jongste 3 was, ik had ondertussen 7 kinderen, was ik alleenstaande moeder. Ik wilde geld hebben om van te leven. Ik heb toen in twee jaar (ik had nog punten staan) mijn tweedegraads Nederlands gehaald en ik ben tóch les gaan geven. Ik heb er de eerste tijd best plezier aan beleefd en ik heb er ook leuke vriendschappen aan over gehouden.
Wij konden er goed van leven, totdat ik allemaal troubles op school kreeg. Ik werd ziek, heb later weer voor de klas gestaan, werd ontslagen. (Een gedeelte hiervan heb ik beschreven in mijn ebook zondergekheid. Ik wist dat ik niet voor de klas moest staan.
Maar ja. Ik had het diploma en ik verdiende redelijk goed. Ik ging weer op een andere school werken. Dus zelfs de laatste twee jaar heb ik weer telkens een onderwijsbaantje aangenomen. Voor het geld. Afgelopen oktober werd ik door drie scholen gebeld of ik kon komen werken. Dus heb ik het toch weer gedaan. Volgende week geef ik mijn laatste lessen. Daarna misschien nog surveilleren bij een tentamen en tentamens nakijken in mei (2009). Maar dan houd ik het onderwijs nu echt voor gezien.
Bij de verslagen over de cursus zal mijn schooltijd af en toe ter sprake komen. Vandaar dit stukje.
donderdag 9 april 2009
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten